Ontwikkelingen
In dit hoofdstuk beschrijven we de belangrijkste ontwikkelingen op het gebied van veiligheid. Daarbij geven we meteen aan hoe we hiermee (willen) omgaan. Daarmee bepalen we de koers van onze veiligheidsaanpak.
Ontwikkeling: druk op de politieorganisatie
Het tekort aan politieagenten is momenteel hoog. Dit komt omdat er onder andere meer politieagenten stoppen, dan er starten. De verwachting is dat het tekort de komende jaren afneemt. Over drie jaar, in 2025, is de bezetting naar verwachting op sterkte. Dit is een landelijke trend, die ook geldt voor ons politieteam in de Westelijke Mijnstreek. Het is echter belangrijk om niet alleen naar de bezetting te kijken, maar ook naar de belasting van de politieagenten. Ook met voldoende politieagenten in 2025, is die belasting hoog. Dat komt bijvoorbeeld omdat bedreigde personen beveiligd moeten worden en dat nieuwe agenten nog veel begeleiding nodig hebben. Daarnaast blijft krapte op de arbeidsmarkt ook een knelpunt voor de politieorganisatie.
Hoe gaan we daarmee om?
De politie krijgt meer geld van het Rijk. Ook is het politieonderwijs verkort. Toch zal de vraag naar politie groter zijn, dan de politie kan leveren. Zeker in de periode naar 2025. Lastige keuzes blijven nodig: wat doet de politie wel en wat doet de politie niet? Deze keuzes maakt de driehoek (burgemeester, officier van justitie en politiechef). De driehoek springt continu in op veiligheidsproblemen die ontstaan en zorgt voor een goede aanpak. De driehoek neemt daarbij een aantal punten van de gemeenteraden mee:
- We vragen de driehoek te zoeken naar slimme manieren om de druk op de politie lager te maken. Zonder daarbij taken van de politie over te nemen. Denk daarbij aan het (nog meer) inzetten van boa’s op de leefbaarheid in onze wijken. Daarmee verwachten we veiligheidsproblemen te voorkomen en ruimte te creëren voor de politie om te werken aan bestaande veiligheidsproblemen.
- We vragen de driehoek om de wijkagenten zoveel mogelijk tijd te geven voor het werken in of voor de wijk. We weten dat dit soms moeilijk zal zijn. Daarom vragen we de driehoek ook om te zorgen voor een goede samenwerking in de wijken op het gebied van veiligheid en leefbaarheid. Bijvoorbeeld tussen de wijkagent, onze boa’s, jongerenwerk en woningcorporaties.
- We vragen de politie in het bijzonder om andere partners in stelling te brengen. Een gezamenlijke aanpak start namelijk vaak bij de politie. Denk aan meldingen over zorg en veiligheid en rapportages voor de bestuurlijke aanpak.
- Bij nieuwe projecten en werkzaamheden richten we ons in de komende periode vooral op activiteiten die de gemeenten grotendeels zelf kunnen uitvoeren.
- We ondersteunen de provincie brede lobby ‘Netwerk Veilig Limburg’. Deze lobby is gericht op meer mensen (waaronder politieagenten), geld en mogelijkheden voor de gezamenlijke veiligheidsaanpak in Limburg.
Ontwikkeling: de rol van de gemeente
Het tekort aan politieagenten heeft een breed effect. Voor de gemeenten en alle partners waarmee we samenwerken in onze veiligheidsaanpak. Duidelijk is inmiddels dat de rol van de gemeenten steeds belangrijker en groter wordt op het gebied van veiligheid. Van de aanpak van ondermijning tot sociale veiligheid, veiligheid bij evenementen en leefbaarheid. Van de rol van de burgemeester tot de beleidsmedewerker en procesregisseur. En zeker ook onze boa’s.
Hoe gaan we daarmee om?
Het tekort aan politieagenten is een feit. Dit tekort aan personeel geldt overigens ook in bepaalde mate voor andere partners in de strafrechtketen. Door het Rijk wordt geld geïnvesteerd, maar de achterstanden zijn niet zo snel ingehaald. De tekorten, vooral bij de politie, zorgen ervoor dat we onze aanpak op punten anders (moeten) vormgeven. De burgemeesters van Stein, Sittard-Geleen en Beek spreken hier voortdurend over met de politie. In het bijzonder in de driehoek: wat kan de politie wel doen, wat niet? En wat betekent dat voor onze aanpak en samenwerking? Tegelijkertijd pakken we als gemeenten waar nodig onze groeiende rol in de lokale aanpak. Dit kan betekenen dat de gemeenten meer activiteiten gaan uitvoeren, initiëren, ondersteunen of regisseren. Daarbij kijken we vooral naar wat we (zelf) in de aanpak kunnen betekenen. De manier waarop de gemeenten hun rol invullen bepalen de gemeenten Beek, Sittard-Geleen en Stein zelf. Dit kan betekenen dat een gemeente meer of andere acties uitvoert dan een andere gemeente.
Ontwikkeling: buitengewoon opsporingsambtenaren (boa)
Het toezicht en de handhaving door de gemeente heeft in de afgelopen jaren grote stappen gezet. Het tekort bij de politie speelt daarin een rol, maar ook de investering door de gemeenten zelf. De gemeenten werken aan boa’s die professioneel hun handhavingstaken uitvoeren. Werken in de wijk en contact met inwoners en ondernemers zijn daarin belangrijk. Daarbij is veel aandacht voor preventie: het gesprek en gastheerschap. Ook zijn er in steeds meer boa’s die gespecialiseerd zijn op bijvoorbeeld jeugd, ondermijning en werken in het buitengebied. Het beeld van boa’s wordt steeds positiever.
Hoe gaan we daarmee om?
Door de tekorten bij de politie, zal de aanwezigheid van onze boa’s in de wijk nog belangrijker worden. Zij zullen meer en meer de ogen en de oren zijn in de wijk en weten wat er speelt. Problemen in een wijk, zoals jeugdoverlast en verkeersovertredingen, zien we steeds meer op het bordje van de boa belanden. We gaan onze boa’s verder professionaliseren. We kijken daarbij onder andere naar uitgebreidere bevoegdheden, diversiteit van onze boa’s en slimme(re) manieren van samenwerking, in het bijzonder met de politie. Dit vraagt overigens ook duidelijke communicatie. Immers, inwoners en ondernemers moeten ook weten dat ze voor veel zaken ook bij een boa terechtkunnen. De uitrusting en bewapening van onze boa’s bekijkt iedere gemeente in de Westelijke Mijnstreek apart, op basis van de regels die landelijk hiervoor gelden. Waar mogelijk trekken we samen op met andere gemeenten in de regio en provincie.
Ontwikkeling: criminaliteit past zich aan
Criminaliteit past zich snel aan de ‘markt’ en de veranderende wetgeving aan. Dit is tijdens de coronacrisis zeker gebleken, ook in de Westelijke Mijnstreek. Sommige criminaliteit nam toen (extra) af, zoals woninginbraken. Andere criminaliteit nam toe, zoals de cybercriminaliteit. Duidelijk is inmiddels dat de digitalisering van onze samenleving nieuwe veiligheidsproblemen oplevert, zoals fraude en hacking. Dit vraagt nieuwe manieren om die aan te pakken. Daarnaast zijn criminele organisaties inmiddels niet altijd op één vorm van criminaliteit gericht. Ze handelen vaak op een veel breder terrein.
Hoe gaan we daarmee om?
Om in te spelen op de actualiteit is het nodig om steeds alert en flexibel te zijn. We vragen de driehoek om dit aanpassingsvermogen in te bouwen in hun werkwijze: voortdurend monitoren wat er speelt in de gemeenten en zorgen voor een goede aanpak. De driehoek maakt hierbij gebruik van allerlei cijfers. Op basis daarvan schuift de driehoek met de inzet van politie, gemeente en andere partners.
Ontwikkeling: crisis na crisis
In de afgelopen jaren zijn we steeds opnieuw geconfronteerd met crisissen. Denk aan de coronacrisis en de watersnood. Of de oorlog in Oekraïne, die ook gevolgen heeft voor de gemeenten, onder andere door de opvang van vluchtelingen, ook in Beek, Sittard-Geleen en Stein. Maar ook incidenten zoals noodweer, demonstraties en het bewaken en beveiligen van bedreigde personen hebben impact op de gemeenten en andere partners. Dit heeft uiteraard invloed op de tijd die beschikbaar is voor ander werk.
Hoe gaan we daarmee om?
We hebben in de afgelopen jaren gedaan wat gevraagd werd. Tegelijkertijd zijn er zorgen over de aanhoudende druk op onze gemeenten en partners, zoals de politie. Soms piept en kraakt het. Niet leveren is echter geen optie. Daar moeten we mee doorgaan. We zijn ons bewust van de langdurige invloed die crisis op de gemeente kan hebben. Daar proberen we (nog) beter oog voor te hebben. We proberen in de uitvoering ruimte te houden voor crisis en incidenten. Daarnaast proberen we steeds te leren van crisis en incidenten. Om nog beter te kunnen handelen en zo mogelijk een crisis of incident te voorkomen.
Ontwikkeling: spanningen in de maatschappij
De spanningen in onze samenleving lopen voortdurend op. Meerdere groepen voelen zich niet vertegenwoordigd en door sociale media kunnen zij elkaar heel eenvoudig vinden. Een deel komt vaker tegenover elkaar én tegenover de overheid te staan. Het aantal demonstraties, en de hevigheid daarvan, neemt toe. Denk bijvoorbeeld terug aan de ongeregeldheden over de avondklok in Stein en Sittard. Dit baart zorgen. Het vertrouwen in de overheid neemt af en de sociale samenhang staat onder druk.
Hoe gaan we daarmee om?
We proberen het vertrouwen in de gemeenten te verbeteren. Dit doen we door zichtbaar en herkenbaar te werken. Door signalen van onze inwoners en ondernemers over onveiligheid serieus te nemen en snel en goed op te volgen. En door goed te communiceren over wat we doen aan de veiligheid in onze gemeenten en waarom. Ook proberen we de sociale cohesie te verbeteren via veiligheid. Bijvoorbeeld door (nog meer) te sturen op gezamenlijke weerbaarheid. Dit zijn manieren om mensen zelf in staat te stellen om met collega’s, buren en vrienden bij te dragen aan de gezamenlijke veiligheid. Buurtpreventieteams, Whatsapp-groepen en Burgernet zijn daar goede voorbeelden van. Of projecten waar we niet focussen op het gedrag dat we niet willen zien, maar op het gedrag wat we wel willen zien. Dit heet positieve veiligheid en zorgt voor verbondenheid tussen inwoners.
Ontwikkeling: rol van de burgemeester
De ontwikkeling van de burgemeester als ‘crime-fighter’ heeft zich in de afgelopen jaren doorgezet. Zeker op het gebied van ondermijning wordt steeds meer naar de burgemeester gekeken. Voor het sluiten van drugspanden of het nemen van andere maatregelen. Ook komen er nieuwe bevoegdheden bij in de gereedschapskist van de burgemeester. Enerzijds lijken de bevoegdheden van de burgemeester uitgebreider worden. Anderzijds wordt het gesprek over de bevoegdheden van de burgemeester steeds kritischer gevoerd. Dit heeft ook effect op de rechtspraak. Besluiten van de burgemeester worden zeer kritisch getoetst door rechters.
Hoe gaan we daarmee om?
We vragen de burgemeesters om hun bevoegdheden te blijven inzetten. Denk aan het aanpakken van drugsoverlast en ongeregeldheden. Wel vragen we de burgemeesters om hun rol in samenhang te zien met de rol van het Openbaar Ministerie, de politie en zo nodig de belastingdienst en de zorgpartners. De bestuurlijke aanpak moet kunnen bijdragen aan de aanpak van problemen, maar moet niet in de plaats komen van maatregelen die andere partners kunnen nemen. Ook vragen we de burgemeesters om maatwerk te leveren als dat nodig is.
Ontwikkeling: verharding jeugd
De cijfers van jeugdcriminaliteit zijn in de afgelopen jaren gedaald. Tegelijkertijd worden landelijk, maar ook in onze regio en gemeenten, spanningen gevoeld bij de jeugd. Ook wordt gesproken van een ‘verharding van de jeugd’. Dit kent meerdere redenen. Zo lijken jongeren zichzelf te willen beschermen. Dit zorgt voor risico’s en escalatie, bijvoorbeeld door het dragen van messen. De populariteit en invloed van drillraps speelt daarin mee. Ook zijn er kleine groepen jongeren voor wie het plegen van criminaliteit normaal lijkt te zijn. En dan zijn er nog de potentiële doorgroeiers, die bezig zijn met het opzetten van hun criminele carrière. Daarmee blokkeren deze jongeren hun eigen weg naar een niet crimineel leven.
Hoe gaan we daarmee om?
Deze ontwikkeling is alarmerend en vraagt om brede aandacht. Daarom is de doelgroep ‘jeugd’ een rode draad binnen onze veiligheidsaanpak. We zorgen ervoor dat binnen vrijwel ieder thema, project of activiteit, bijzondere aandacht is voor jeugd. Van ondermijning tot cybercrime of radicalisering. Daarbij kijken we vanzelfsprekend naar manieren om te voorkomen dat jongeren afglijden. Tegelijkertijd kan deze ontwikkeling niet alleen vanuit veiligheid worden aangepakt. Een brede gemeentelijke aanpak met partners is noodzakelijk. Denk aan perspectief, kansen en zorg bieden. Maar dus ook met die essentiële bijdrage vanuit veiligheid.
Drillrap is muziek waarin rappers met maskers of bivakmutsen op in video's rappen over het harde leven op straat. Ze verheerlijken geweld en dragen soms grote messen en vuurwapens.)
Ontwikkeling: zorg en veiligheid
Door de decentralisaties binnen het sociaal domein in 2015, zijn de werkvelden van veiligheid en zorg nog dichter bij elkaar gebracht. Door het verbinden van veiligheid en zorg voorkomen we daderschap en slachtoffers, en uiteindelijk criminaliteit en overlast. Personen en gezinnen die dit nodig hebben krijgen namelijk een aanbod op maat van veiligheidsmaatregelen, hulpverlening en/of zorg. Bij zorg en veiligheid gaat het om samenwerking van partijen zoals scholen, jongerenwerk, gemeentelijke handhaving, politie en justitie. Het Zorg- en Veiligheidshuis Westelijke Mijnstreek heeft daarin een centrale plek. Het is de plek waar gemeenten en organisaties van zorg en veiligheid samenwerken onder één dak. In de afgelopen jaren is gewerkt aan het realiseren van steeds betere samenwerking tussen het zorg- en veiligheidsdomein. Dit heeft ook de aandacht van het Rijk. Er is echter nog veel te doen.
Hoe gaan we daarmee om?
We blijven werken aan een goede samenwerking tussen het zorg- en veiligheidsdomein. Inmiddels is overduidelijk dat dit succes brengt. Onze focus daarbij is: meervoudige problematiek van bepaalde kwetsbare groepen. Denk aan kwetsbare jeugd, ex-gedetineerden en personen met verward gedrag. We werken aan de doorontwikkeling van het Zorg- en Veiligheidshuis Westelijke Mijnstreek en de samenwerking tussen de Zorg- en Veiligheidshuizen in Limburg. Omdat we willen dat alles zo goed als mogelijk en met alle partners samen verloopt, worden ontwikkelingen op het gebied van zorg en veiligheid besproken in de Commissie Zorg & Veiligheid in Zuid-Limburg.
Ontwikkeling: betrokkenheid
De betrokkenheid van inwoners, ondernemers en organisaties is essentieel voor onze gemeenten. Ook op het gebied van veiligheid. Denk aan Buurtbemiddeling Westelijke Mijnstreek, waar inwoners zich kosteloos als buurtbemiddelaar inzetten om onenigheid tussen wijkbewoners op te lossen. Als inwoners zich betrokken voelen, bijvoorbeeld bij de aanpak van overlast, zorgt dat bovendien voor een positiever veiligheidsgevoel. Een win win dus, voor ons allemaal. Die betrokkenheid is echter niet vanzelfsprekend. Bijvoorbeeld als de betrokkenheid niet (langer) goed wordt gefaciliteerd.
Hoe gaan we daarmee om?
We hechten veel belang aan de betrokkenheid van inwoners, ondernemers en organisaties op het gebied van veiligheid. Die betrokkenheid proberen we dan ook maximaal te stimuleren en ondersteunen. Initiatieven proberen we mogelijk te maken. Laagdrempelig en gastvrij benaderbaar zijn is daarbij een belangrijk uitgangspunt. We zorgen ook dat we naar inwoners toe gaan. Omdat we merken dat inwoners de meeste betrokkenheid voelen bij hun eigen (directe) omgeving, richten we de participatie vooral op concrete activiteiten in hun straat of buurt. Daarbij experimenteren we ook met vormen van betrokkenheid, zodat inwoners kunnen meedoen als gelijkwaardige partner.
Ontwikkeling: technologisering
Op het gebied van technologie gebeurt veel. Technologie maakt van alles mogelijk. Denk alleen al aan het gemeentelijke cameratoezicht in Stein en Sittard-Geleen, dat bijdraagt aan ons toezicht en handhaving. Of ervoor zorgt dat we de drukte tijdens grote evenementen goed in de gaten kunnen houden. Er zijn allerlei zogeheten ‘smart city’ initiatieven. De gemeente Sittard-Geleen neemt zelfs deel aan de Smart City deal ‘Een slimme stad, zo doe je dat...’. Dit raakt ook veiligheid
Hoe gaan we daarmee om?
We staan positief tegenover technologische ontwikkelingen die kunnen helpen om onze gemeenten veiliger te maken. Technologie is daarbij overigens geen doel op zich. We verliezen de oplossing niet uit het oog, het gaat om effectiviteit. Technologie moet ons kunnen ondersteunen in het aanpakken van problemen. Uiteraard houden we ons daarbij aan de privacyregels.
Ontwikkeling: goede informatievoorziening
Om de veiligheid te kunnen verbeteren is goede informatie noodzakelijk. Als gemeenten moeten we ‘weten wat er speelt’. Een goede informatievoorziening zorgt ervoor dat de juiste informatie beschikbaar is, op het juiste moment. Zo kunnen we preventief werken, problemen voorkomen of deze in een vroeg stadium aanpakken om erger te voorkomen. Voegen we informatie van onze partners samen, dan krijgen we nog beter inzicht in problemen en kunnen deze samen met andere partijen aanpakken. En uiteindelijk proberen we waar mogelijk aan de hand van de informatie steeds te weten welk resultaat onze aanpak oplevert. De afgelopen jaren hebben we daarin in de Westelijke Mijnstreek al stappen gezet.
Hoe gaan we daarmee om?
De verbetering van onze informatievoorziening heeft tot resultaat geleid, groot en klein. Zo heeft de driehoek (burgemeester, officier van justitie en politiechef) beter kunnen sturen op de inzet van politie en handhavers én op onze acties en initiatieven op het gebied van veiligheid. Ook hebben we veel meldingen van inwoners met succes kunnen oppakken. Onze informatievoorziening op het gebied van veiligheid kan nog beter. In de komende periode gaan we hiermee verder. Zo gaan we door met het verzamelen van cijfers en gegevens. En het beter toegankelijk en bruikbaar maken hiervan. Uiteraard houden we ons daarbij aan de privacyregels. Waar mogelijk trekken we samen op met andere gemeenten in de regio en provincie. Daarbij kijken we wel goed naar wat die samenwerking voor ons kan toevoegen.
Ontwikkeling: Omgevingswet in relatie tot externe veiligheid
Externe veiligheid gaat over de risico's voor mens en milieu bij gebruik, opslag en vervoer van gevaarlijke stoffen. Dit moet een belangrijke plek krijgen in de instrumenten van de nieuwe Omgevingswet, zoals de omgevingsvisie en in het omgevingsplan. Met de die nieuwe wet wil de overheid de regels voor ruimtelijke ontwikkeling makkelijker maken en samenvoegen. De nieuwe wet treedt, naar verwachting, op 1 juli 2023 in werking. De doelen van de Omgevingswet zijn het beschermen en benutten van de fysieke leefomgeving. Bij het beschermen gaat het om het bereiken en in stand houden van een veilige en gezonde fysieke leefomgeving.
Hoe gaan we daarmee om?
Met de introductie van de Omgevingswet wordt de huidige wet- en regelgeving over externe veiligheid vernieuwd. Wat niet verandert is dat de gemeenten een belangrijke rol spelen in de lokale keuzes rondom de opslag en het transport van gevaarlijke stoffen. Wat wel verandert, is de wijze waarop deze keuzes moeten worden gemaakt. Het huidige beleid over externe veiligheid van de gemeenten moet aangepast worden op deze verandering. Dit gaan we dan ook doen. Uitgangspunt is dat het huidige beleid zo veel mogelijk zonder wijziging van de inhoud overgaat. Iedere gemeente gaat dit voor zichzelf uitwerken in de daarvoor beschikbare instrumenten, zoals de omgevingsvisie en in het omgevingsplan.